This is an old revision of the document!
Maandag 3 juni was de zevende bijeenkomst van de werkgroep Energie, klimaat, groen en water. Marc Seutter, Janneke Idsenga (voorzitter D66 Heumen), Henk Olthuis en Harry Crijns waren present.
Deze avond hebben we gebruikt om de info-avond duurzame energie van komende 17 juni voor te bereiden. Hierbij denken we aan de volgende vragen:
Nijmegen 165.000 inwoners Wychen 40.000 " Berg en Dal 50.000 " Beuningen 30.000 " Heumen 17.000 " ------------------------------- RvN 302.000 "
Dit is dus zo'n 3 GW voor het RvN. Nu zegt een vermogenscijfer niet al teveel. Je moet kijken naar het energieverbruik per jaar.
Bij de bestudering hiervan vond ik ook dat veel afhangt van piekvermogen en -verbruik en wat je gemiddeld per jaar aan energie kan leveren dan wel ontvangen. Ik vond het volgende tabelletje voor het verbruik per inwoner per jaar:
Type huishouden Elektriciteit Gas Huishouden 1 persoon 1.800 kWh 650 m³ Huishouden 2 personen 2.950 kWh 1.020 m³ Gezin (1 kind) 4.000 kWh 1.450 m³ Gezin (2 kinderen) 4.600 kWh 1.720 m³
Aangezien we ook van het gas af willen, ligt bij mij de vraag, hoeveel electriciteit je nodig hebt voor de transitie van het gas af. Een cijfer dat ik vond voor de conversie was 1000 m3 = 9769 kWh. Waar we natuurlijk ook rekening mee moeten houden is dat we electrisch willen gaan rijden. Dit zal ook een extra verbruik inhouden.
Nietemin geeft het tabelletje wel een grootte orde voor het gemiddelde verbruik per inwoner per jaar. Als ik dan even het een kind gezin als een gemiddelde zie, tellen we dus 4 MWh per 3 inwoners. Voor de 302.000 inwoners van de RvN geeft dat een grof electriciteitsverbruik nu van 4 MWh x 100.000 = 400 GWh als totaal voor RvN. Daarbij is dan de vervanging van het gas af niet meegenomen. Als de gevonden conversie inderdaad klopt, is 1450 m3 ongeveer 14.000 kWh = 14 MWh aan stroom en komen we op een grof verbruik bij de transitie van het gas af op een 18 MWh x 100.000 = 1800 GWh. Hierbij is het zakelijke gebruik nog niet meegenomen, noch het mobiliteitsverbruik.
Een gemiddelde windmolen van 6 MW zal na uitmiddeling van alle factoren ongeveer 10 GWh per jaar geven. Bij een volledige gas naar electriciteit transitie en alleen op basis van de molens kom je dus op 180 molens. Op tijden dat er geen wind is zullen we ook moeten kijken naar zonnevelden. De zonneconstante op 1 AE is 1360 W/m2. Nu is niet al deze straling in het zichtbare gebied en zijn er verliezen bij de passage door de dampkring. Voor zonnecellen wordt derhalve de wattpiek gebruikt voor het vermogen dat opgebracht kan worden.
1 Wattpiek is de productie van 1 W electrische energie onder standaard omstandigheden (loodrechte inval, standaard weg door de lucht bij 25 Celcius). Een gebruikelijk zonnepaneel is 1,65 m x 1 m en heeft een capaciteit van 270 Wp.
Nederland heeft gemiddeld 1500 zonneuren per jaar. Om snel Wps om te rekenen naar opgebrachte energie per jaar wordt een omrekenfactor van 0,85 gebruikt. Voor een paneel van 270 Wp is dat dan (afgerond) 230 kWh/jaar. Ik heb op het web diverse betere panelen gezien, maar de grootteorde klopt wel.
Een probleem met zonnevelden is dat ze hoog genoeg moeten zijn om schapen eronder door te laten lopen, maar ook ver genoeg uit elkaar om het gras genoeg licht te laten krijgen en ook om doorgangen te hebben van drie meter breed om onderhoud te kunnen plegen en de velden zo nu en dan schoon te kunnen maken (typisch 3 keer per jaar).
Voor het totale verbruik van 1800 GWh kom je dus uit op 180 molens. Om dezelfde hoeveelheid energie met zonnevelden op te wekken hebben we 7826086 zonnepanelen van genoemde grootte en kwaliteit. Dit komt ruwweg neer op 12.900.000 m2 aan zonnecellen. Merk op dat we nog niet het zakelijk verbruik noch het mobiliteitsverbruik hierin hebben meegenomen.